Astrofotografie is niet voor slappelingen. Wie wrijft in zijn handen zodra er een heldere en koude nacht op komst is? Wie staat er begin februari ’s nachts úrenlang buiten? Juist, de astrofotograaf! Vanavond kleed ik me warm aan en waag me onder de sterren. Samen met astrofotograaf Victor Land probeer ik de majestueuze Orionnevel te fotograferen.
De wind is guur en probeert door mijn dikke winterjas te komen. Ik schuif iets op richting de beschutting van Victors schuur. Samen wachten we op een opening in het wolkendek. Eén gat is genoeg om onze slag te slaan: we jagen op de kosmische gasnevel midden in het sterrenbeeld Orion, een van de populairste doelwitten van astrofotografen. Maar deze nevel is óók met het blote oog te zien.
Er komt een wolkengat aan: een donkere vlek gevuld met sterren schuift langzaam naar ons toe. De apparatuur staat klaar. Ready? GO! De sluiter gaat open…
Orion, een beetje wazig
Het sterrenbeeld Orion is een echte blikvanger. ’s Winters staat het in zuidelijke richting boven de horizon: drie felle sterren op een rij met daaromheen in een rechthoek vier sterren. Linksboven zie je een oranje ster: dat is Betelgeuze die op ontploffen staat. Maar er is meer moois te zien in Orion, zoals de Orionnevel.
Kosmische nevels hebben niets te maken met nevel op aarde. De term wordt gebruikt voor eigenlijk alles wat er ‘een beetje wazig’ uitziet, als een vlekje aan de hemel: dat kunnen gaswolken in het heelal zijn maar ook complete sterrenstelsels. De Orionnevel is een reusachtige gaswolk. Het is een plek waar nu nieuwe sterren ontstaan. Als astronomen onderzoeken hoe de zwaartekracht gaswolken samenperst tot vurige gasballen (sterren) dan kijken ze naar de Orionnevel.
Zelfs in de stad kun je de Orionnevel met het blote oog zien, een stukje onder de drie centrale sterren van Orion (zie de afbeelding hieronder). Je vindt er als het goed is een witte vlek. Kijktip voor als de nevel moeilijk te zien is: kijk dan net naast de nevel, je ogen zijn dan beter in staat om het waar te nemen.
Orionnevel fotograferen
Het gat in de wolken is groot genoeg om twee opnames met een sluitertijd van een minuut te maken. Even later kijk ik naar het resultaat op de laptop die de twee plaatjes combineert tot één foto. Wow, ja! Dit is onmiskenbaar de Orionnevel. Twee gespreide ‘vleugels’, een heldere kern met sterren, de uitgesproken rand van de gaswolk aan de onderkant en zelfs iets wat lijkt op schaduw aan de bovenkant. En dan die kleuren, groen én rood! Kleuren veroorzaakt door respectievelijk zuurstof en waterstof in de nevel.
Van wazig vlekje tot volwaardige nevel. Eerder had ik al zelf geprobeerd om met een camera en telelens de Orionnevel te fotograferen. Ik kwam niet veel verder dan een uitvergroting van het wazige plekje dat je ook met het blote oog ziet.
Vanavond beschik ik over Victors superieure apparatuur: een telescoop met spiegelreflexcamera bovenop een zogenoemde volgmontering. Deze montering beweegt automatisch en richt de telescoop en camera op een object aan de (langzaam draaiende) hemel, zo lang als je wil. Hiermee kun je minuten- of zelfs urenlang licht ‘verzamelen’ en maak je extreem zwakke objecten zichtbaar.
Hoe goed en gevoelig je apparatuur ook is, in bewoond gebied heeft iedere de astrofotograaf last van lichtvervuiling van huizen, bedrijven en straatlantaarns. Die ‘vervuiling’ zie je ook met het blote oog: er zijn veel minder sterren zichtbaar in de stad en de anders zo indrukwekkende Melkweg lijkt spoorloos. Astrofoto’s mislukken als je geen maatregelen tegen lichtvervuiling neemt, fotografen installeren speciale filters en doen nabewerking op de computer. Victor Land laat zien dat je zo prima astrofotografie kunt doen vanuit een stad die zwemt in het licht.
Cursus Sterren kijken in de stad
Ik ging in Leiden op bezoek bij Victor Land van Sterren kijken in de stad voor zijn cursus astrofotografie. In een eerste sessie vertelt hij hoe je planeten op de foto zet en hoe je zwakke nevels vastlegt. Ook is er uitleg over de apparatuur en de geldende optische wetten.
Dan volgt de praktijkavond in de tuin van Victor, waarbij je natuurlijk wel afhankelijk bent van een heldere avond. Onder begeleiding bouw je de telescoop op en zorg je ervoor dat de montering exact naar de poolster wijst. Ook moet je de optiek scherpstellen. Bij elkaar ben je al gauw een uur kwijt aan voorbereidingen. Daarna is het een kwestie van richten en schieten (of wachten op een gat in de wolken).
Wil je zelf astrofoto’s maken met begeleiding dan raad ik zijn cursus van harte aan, de kosten zijn 30 euro per persoon voor twee sessies. Op een goede avond kun je zeker een of twee uur aan opnames maken, wat waarschijnlijk een mooiere foto oplevert dan degene die wij maakten.
Op het YouTube-kanaal Sterren Kijken In De Stad vind je veel informatie over astrofotografie.
Zie hier – voor de liefhebber – de apparatuur die wij deze avond gebruikten. Bij elkaar kost deze apparatuur volgens Victor zo’n 1500 euro, tweedehands.
- iOptron CEM25P-montering
- 2″ Literoc-statief, met verlengzuil
- TeleVue Pronto
- 70mm f/6.8 semi-apo lenzenkijker, ‘een classic‘
- Televue TRF-2008 0.8X reducer/flattener
- Baader Semi-Apo filter
- Canon 700D DSLR
Heb je geen plannen om zelf een telescoop te kopen maar wil je er wel eens doorheen kijken om de maan of de planeten te zien? Schrijf je in voor de nieuwsbrief van het Huiskamerplanetarium om op de hoogte te blijven van openbare en gratis sterrenkijkavonden.
0 reacties